(Het vierde nummer, “Dwergenlied”, krijg je er gratis bij.)
Meteen in het begin wordt de toon gezet. Bas en drums geven een harde dreun op iedere tel, wat in de wereld van de gesyncopeerde rockmuziek nogal lomp en grimmig klinkt. Het geeft meteen het gewenste effect: het boze en weinig elegante volkje van de trollen schilderen. Als versterking wordt er een hoorspeleffect van stal gehaald: de morrende menigte.
Wij zijn de trollen, wij zijn gemeen.
Wie voor onze voeten komt, vertrappen wij meteen!
Verderop (vanaf 0:39) wordt de grimmigheid met een ander middel geschetst. Curly moduleert eerst van e-klein naar b-klein en dan onverwacht naar d-klein. In de toonsoort b-klein is de noot d een soort ontsnappingsclausule. Ze biedt een gemakkelijke uitweg uit de grimmige mineurtoonsoort naar het vrolijker D-majeur. Maar hier komt er bovenop die d weer een mineurakkoord! Weg ontsnapping. Curly moduleert nog een paar keer en komt zo weer bij e-klein uit. Merk en passant de harpglissandi op die dit stukje sieren: een klassiek instrument, een nieuwe aanwijzing dat we met progrock te maken hebben.
Vanaf 1:56 komt er een andere wijziging in het spel: de maatsoort verandert van 4/4 naar 6/8. Eerst wisselen de maten nog, alsof de muziek twijfelt, en de luisteraar moet met een gitaarriff bij de les worden gebracht. De maatverandering gaat gepaard met een tekstuele wissel: ging het eerst nog over de trollen in het algemeen, nu zingen ze over hun massale opmars naar het Zilverdael.
Honderdduizend trollen uit het verre diepe trollenwoud.
Het elfenbloed zal stollen, elke elfenkop moet afgehouwd.
Met ons valt niet te sollen, trollenbloed is als je ’t goed beschouwt
IJskoud!
En dan, als hun leider Gloer ter sprake komt, blijkt het bij die trollen ook heel gezellig te kunnen zijn. De grimmigheid maakt plaats voor heuse schouder-aan-schoudermuziek met een blij mandolineloopje:
Want Gloer is onze oppertrol.
Gloer, hij weet alles beter.
Gloer, die heeft een trollenhol
En dat ruik je vanaf honderd meter!
Het mag duidelijk zijn: geen enkele invloed wordt geschuwd. Ook die van de Hollandse meedeinhits niet. Vader Abraham mag met Pink Floyd en Boudewijn de Groot mee in de cocktail die het verhaal van deze plaat moet ondersteunen. En hij zorgt voor de nodige vrolijkheid in dit verder zo serieuze verhaal. Want laten we eerlijk zijn: uit die afstotelijke trollen valt veel meer inspiratie te halen dan uit de perfecte elfen.
- Recorded By – Negram B.V.
- Manufactured By – Negram B.V.
- Phonographic Copyright ℗ – Negram B.V.
- Lacquer Cut At – Bovema / EMI Studios – 33485
- Lacquer Cut At – Bovema / EMI Studios – 33486
- Arranged By – G. Stellaard
- Design – Cream
- Illustration – Ger Groothedde
- Producer – B. Van Rheenen
- Recorded By – Pieter de Boer, Tom Stramrood
- Written-By – Harm Breemer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten